Op Nieuws.nl, via Onderhuids:
Ook taalwetenschappers, historici, filosofen en literatuurkenners moeten zich meer gaan bezighouden met ICT. Zo kunnen zij werken aan de verhaalstructuur van een computerspelletje of kunnen zij onderzoek doen naar de rol van digitale gemeenschappen bij inburgering of de invloed van sms-jes op het taalgebruik. Dat vindt de Adviesraad voor het Wetenschaps- en Technologiebeleid (AWT).
Wat is dat nou weer voor een denigrerende opmerking, werken aan de verhaallijn van een computerspelletje. Goed gedaan, adviesraad, zo komt de alfa-hoek echt van het predikaat ‘nutteloos’ af.
Voor historici, filosofen en literatuurkenners wil en kan ik niet spreken. Maar met taalwetenschappers kun je toch echt wel wat zinnigers doen. Laat ze programmeren. Laat ze bruikbare handleidingen schrijven. Laat ze advies geven over hoe je kennismanagement automatiseert. Laat ze optreden als schrijfcoach. Laat ze spraaktechnologische anti-RSI-toepassingen ontwikkelen. En laat ze je eens vertellen wat ze echt kunnen, want da’s heel wat meer dan het verzinnen van een nieuw scenario voor Quake.