Mag je jezelf tot een geloofsgemeenschap rekenen als je niet alle dogma’s onderschrijft? Da’s een vraag waar ik me tot voor kort niet echt mee heb beziggehouden. Niet mee hoefde beziggehouden, omdat de katholieke kerk waar ik naartoe ging vooral gebaseerd was op naastenliefde, goed zijn voor elkaar, en dat tot uiting brengen door de dingen die je doet. De pastoor daar was een wat oudere monnik, een wijs man, die het niet zo nauw nam met de voorschriften uit Rome. Mijn niet-gedoopte vriendinnetje mocht gewoon ter communie; waren we niet allemaal kinderen van God? De bloemen die het altaar sierden, werden na de mis langsgebracht bij mensen die wel een opvrolijkertje konden gebruiken.
Nu, bijna drie jaar later, kom ik in een heel andere kerk. Een katholieke kerk waar vrouwen niet op het altaar mogen komen. Waar andere religies niet als gelijkwaardig worden beschouwd. Waar mensen op hun vingers worden getikt als ze teksten meespreken die eigenlijk alleen maar door de pastoor mogen worden uitgesproken. Waar mensen die meerdere malen per dag in de kerk komen, maar een keer ter communie mogen gaan. Waar iedere zondag gebeden wordt dat er maar meer mannen de roeping tot priester mogen horen, terwijl er volledig voorbij wordt gegaan aan het feit dat vrouwen misschien ook wat bij te dragen hebben. Een kerk waar iedere zin tot medeleven, ieder greintje spontaniteit of stapje vooruitgang de kop in wordt gedrukt door de starre regels en wetten uit Rome.
Ik ben nog niet langs geweest, maar ongetwijfeld zal ook de Roomse aanzet tot homohaat mijn kerk worden onderschreven. Toegejuichd misschien wel. En waar ik in mijn oude kerk Rome links kon laten liggen, word ik er nu op zondag steeds weer mee geconfronteerd.
Het is naar om erachter te komen dat het geloof dat ik als het mijne beschouw, iets heel anders blijkt te zijn, iets wat blijkbaar per plaats, per voorganger verschilt. Maar geloof is voor mij niet iets dat je zomaar uitdoet, als een jas die je niet meer past.